vrijdag 23 december 2011

In memoriam Marcel Fresco

Op 16 december 2011 is in Leiden overleden Marcel Franz Fresco, 86 jaar oud, emeritus hoogleraar wijsgerige antropologie en grondslagen van het humanisme op de Socrates Leerstoel van de Universiteit Leiden. Zo'n 25 jaar geleden heeft Fresco zich gestort op Hemsterhuis, met vele publicaties als blijvend resultaat. Hij bracht een bijzondere invalshoek mee, namelijk zijn grote kennis van de klassieke Oudheid, zo belangrijk voor de vorming en voor de inspiratie van Hemsterhuis. De omvangrijkste publicatie van Fresco over Hemsterhuis is zijn Lettres de Socrate à Diotime (2007), een bloemlezing van 150 brieven ruim voorzien van annotatie. Daarin is ook opgenomen een lijst van al zijn Hemsterhuis-publicaties. Bijgaande foto toont Fresco in zijn studeerkamer.

zaterdag 25 juni 2011

Lettres à Diotime, tome 7: 1786

Wederom is er een deel verschenen van de briefwisseling van Hemsterhuis aan prinses Gallitzin, met 101 brieven in het jaar 1786 geschreven. De originelen bevinden zich in de Universitäts- und Landesbibliothek te Münster, Gallitzin-Nachlass Band 9.

Support independent publishing: Buy this book on Lulu.Ook dit deel kan besteld worden als een gebonden boek, of men kan het pdf-bestand gratis verkrijgen – gebruik voor beide gevallen de bestelknop en u wordt naar de juiste plaats in de Lulu-winkel geleid. 

zondag 10 april 2011

Lettres à Daphné, 1780-1790

Naast zijn Diotime had Hemsterhuis nog een tweede belangrijke correspondente: Anna Cornelia geboren Mollerus (1749-1821), eerst gehuwd met Abraham Perrenot en vanaf 1785 met Johan Meerman. Aan deze Madame Perrenot / Meerman schreef Hemsterhuis zo'n 200 brieven in de periode 1780-1790. De originelen van deze brieven bevinden zich in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag.

Zoals prinses Gallitzin als Diotime aangeschreven werd, zo werd deze dame met Daphné aangeschreven. De brieven aan Daphné waren minder intens dan die aan Diotime, minder diepgaand, meer kattebelletjes, en minder frequent verzonden. Maar biografisch voor Hemsterhuis uiteraard van belang.

Support independent publishing: Buy this book on Lulu.Ook deze bundel brieven, als deel 11 van de verzamelde correspondentie, is te verkrijgen bij Lulu. Gebruik daartoe de knop hiernaast.

donderdag 24 maart 2011

August Wilhelm Rehberg

In 1785 verscheen een boekje met als titel Philosophische Gespräche über das Vergnügen, geschreven door de jonge Duitse filosoof August Wilhelm Rehberg (1757-1836). Deze was op dat moment de secretaris van de bisschop van Osnabrück, maar hij streefde - tevergeefs - naar een academische loopbaan. Deze tekst schreef Rehberg naar het schijnt mede geïnspireerd door het werk van Hemsterhuis. Het is in de vorm van een dialoog waarbij een van de gesprekspartners de naam Arist voert.

Hemsterhuis van zijn kant had dit boekje in zijn boekenkast staan; in de auctiecatalogus uit 1791 staat het vermeld onder nummer octavo 343. In zijn brieven noemt Hemsterhuis Rehberg slechts éénmaal (brief nr. 8.63 d.d. 7 augustus 1787). Hij wil dat naast Goethe, Herder, Wieland en Blankenburg ook Rehberg een exemplaar van zijn Alexis oder von dem goldenen Weltalter toegezonden krijgt.

Bij mijn weten hebben alleen Kluckhohn (1922; p. 244) en Hammacher (1995) meer inhoudelijk geschreven over de relatie Hemsterhuis / Rehberg.

donderdag 17 maart 2011

Portret Hemsterhusius?

Bijgaande afbeelding (zonder onderschrift) is opgenomen in The Dictionary of seventeenth and eighteenth-century Dutch Philosophers (2003; deel I pagina 518) met de vermelding dat het een portret is van Frans Hemsterhuis. Ditzelfde portret stond al veel eerder afgebeeld in: J.E. Sandys, A History of Classical Scholarship (1908; deel II pagina's 447-453), maar dan met vermelding dat de geportretteeerde vader Tiberius Hemsterhuis is! Welke van beide toeschrijvingen is de juiste? Het onderschrift "Hemsterhusius" zonder vermelding van de voornaam laat beide mogelijkheden open.

Geen van beide toeschrijvingen is juist. Dat blijkt allereerst uit het feit dat de geportretteerde niet gelijkt op de andere portretten van vader of zoon. Voorts heeft dit portret de stijlkenmerken van de 17de eeuw, zowel naar kleding, haardracht e.d. als naar opmaak. Misschien dan een 17de-eeuwse Hemsterhuis, bijvoorbeeld grootvader Frans Hemsterhuis (ca. 1630-1705) of diens broer Syboldus (ca. 1627-1667)?

In zulke gevallen moet het toeval te hulp schieten. En zo stuitte ik op een portret van de Vlaamse schilder Johannes Snellincx of Snellinck van de hand van Anthony van Dyck (1599-1641); van deze ets bestaan verschillende versies. Een treffende gelijkenis, maar dan in spiegelbeeld! Blijkbaar was er op enig moment - wanneer? - behoefte aan een portret van Hemsterhuis - wie of welke? - en vond iemand het nodig om deze toeschrijving uit te geven.

In de Nederlandse Wikipedia bij het lemma over Tiberius Hemsterhuis is inmiddels ook opgemerkt dat het hier niet gaat om diens portret; terecht!

zaterdag 19 februari 2011

Lettres à Diotime, tome 3: 1780-1782

Het derde deel van de briefwisseling bevat 113 brieven door Hemsterhuis geschreven aan prinses Gallitzin, voor het overgrote deel uit het jaar 1780. Uit de jaren 1781 en 1782 zijn slechts enkele brieven bewaard gebleven, eveneens in dit deel opgenomen.

De meeste originelen hiervan zijn te vinden in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Daarbij gevoegd zijn brieven uit collecties in Amsterdam en in Münster.
Support independent publishing: Buy this book on Lulu.
Ook dit deel kan besteld worden als een gebonden boek, of men kan het pdf-bestand gratis verkrijgen - druk voor beide gevallen op de bestelknop en u wordt naar de juiste plaats in de Lulu-winkel geleid.

vrijdag 28 januari 2011

Lettres à Diotime, tome 2: 1779

In dit, chronologisch gezien, tweede deel zijn de brieven verzameld, die Hemsterhuis aan zijn Diotime schreef in 1779, het jaar dat zij van Den Haag naar Münster verhuisde. De brieven worden dan ook langer, twee maal per week verzonden.

Support independent publishing: Buy this book on Lulu.De originelen berusten voor het grootste deel in de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Daartussen gevoegd, in chronologische volgorde, zijn de brieven die bewaard zijn in collecties te Münster.

donderdag 20 januari 2011

Lettres à Diotime, tome 1: 1775-1778

Van de brieven van Hemsterhuis aan prinses Gallitzin is nu beschikbaar het allereerste deel, met ruim 200 brieven geschreven in de jaren 1775-1778. Dit zijn de beginjaren van hun correspondentie, wanneer de prinses nog in Den Haag woont. Sommige brieven zijn bijgevolg erg kort, maar er zijn ook met zeer filosofische inhoud, zoals de "Lettre sur le fatalisme". 
Support independent publishing: Buy this book on Lulu.